Home

Ameide

Eeuwen lang zag men schepen varen
Bol van zeilen door de Lek
Slimme kooplui, fikse schippers
Aan het zwaar beladen dek
Maar nu hangt men aan de lus
Van de ‘Twee-proviciën-bus’
Als men niet naar wijd en zijd
Met zijn eigen auto rijdt
’t Kan verkeren, ’t kan vergaan
Maar Ameide blijft bestaan
’t Kan verkeren, ’t kan vergaan
Maar Ameide blijft bestaan

Ridders draafden langs de dijken
Van Vianen naar Tergouw
Slaande trom en vliegend vaandel
Maar het eind was dikwijls rouw
Geef ons maar een voorjaarsboom
Die zich hult in bloesemdroom
Of een ooievaar op het rad
Kijkend over land en stad
Of een ooievaar op het rad
Kijkend over land en stad

Holland wordt een heksenketel
Vol van razend snelverkeer
Doch Ameide blijft bewaren
Stijl en stemming van weleer
’t Raadhuis is een lieve lust
En het centrum ademt rust
Eigen huis met pannendak
Zo leeft elk op zijn gemak
Eigen huis met pannendak
Zo leeft elk op zijn gemak

In Ameide is geborgen
Die er woont en thuiskomst vindt
Daar men heden en verleden
Zo harmonisch saâm verbindt
Middenin het groene land
Snuift men toch de waterkant
Wilg en weiland, ruisend riet
’t Klinkt en zingt in ’t vrolijk lied
Wilg en weiland, ruisend riet
’t Klinkt en zingt in ’t vrolijk lied

Tekst: T.W.R. de Haan / melodie: M-C Moerdijk(1968)