In ’t oude poppenwiegje ligt
De kleine teddybeer
Sofietje met bedrukt gezichtje
Wiegt zachtjes heen en weer
Wie komt de kinderkamer in?
O, kijk, ’t is dokter Jan
Misschien dat hij de zieke beer
Wel weer genezen kan
Sofietje zucht mijn beer is ziek
Hij heeft een zere poot
Och dokter kijk, hij is zo naar
Mijn beer gaat toch niet dood?
De dokter zegt: welnee mevrouw
Eén lepel medicijn
En morgen zal uw teddybeer
Weer spring, springlevend zijn