Home

Het meisje en de lansknecht

Och moeder, zeide si, moeder
Nu geeft mi goeden raad
Mi vrijt een lansknecht zere
Hi volgt mi altijd na

Vrijt u een lansknecht zere
Volgt hi u altijd na
So slaat uw ogen nedere
En laat hem henen gaan

Och moeder, zeide si, moeder
Dien raad en ben ik niet vroed
Ik hebbe die lansknecht liever
Dan alle mijns vaders goed

Hebdi den lansknecht liever
Dan alle uws vaders goed
Och des moet God ontfermen
Dat ik u oeit gedroeg

Hi namse al bi den handen
Bi haar sneewitte hand
Hi leideze alzoo verre
Al daar hijt schone vand

Wat gaf hi haar te lone
Tot haren nieuwen jaar
Een kindeken in de wiegen
Met sinen gekrulden haar

En geeft ons God een knape
So kleinen knapelkijn
So willen wi hem leren schieten
Die wilde klein vogelkijn

Ende geeft ons God een maget
So kleinen maagdelijn
Wi willen haar leeren breiden
Van siden een huivelijn

Uit Vlaanderen