Home

Een liedje van koppelstok

 
In naam van Oranje doe open de poort
De Watergeus ligt aan de wal
De vlootvoogd der Geuzen, hij maakt geen akkoord
Hij vordert Den Briel of uw val
Dat is het bevel van Lumey op mijn eer
En burgers, hier baat nu geen tegenstand meer
De Watergeus komt om Den Briel
De Watergeus komt om Den Briel

De vloot is met vijfduizend koppen bemand
De mannen zijn kloek en vol vuur
Een ogenblik nog en zij stappen aan wal
Zij wachten bericht binnen 't uur
Gij moogt dus niet dralen, doet open de poort
Dan nemen de Geuzen terstond zonder moord
Bezit van de vesting Den Briel
Bezit van de vesting Den Briel

Komt, geeft de verzeek'ring, 'k moet spoedig terug
De klok heeft het uur reeds gemeld
Ik zeg 't u, geeft mij de sleutels niet vlug
Dan is reeds uw vonnis geveld
De wakkere Geuzen staan tand'knarsend daar
Ze wetten hun zwaarden en maken zich klaar
En zweren: de dood of Den Briel
En zweren: de dood of Den Briel

Hier dringt men naar buiten, daar schuilt men bijeen
En spreekt over Koppelstoks last
De stad in hun handen of anders de dood
't Besluit tot het eerste staat vast
Maar nauw'lijks is daarmee de veerman gevleid
Of Simon de Rijk heeft de poort gerammeid
En zo kwam de Geus in Den Briel
En zo kwam de Geus in Den Briel

A.J. Schooleman