Twee handjes op de tafel, twee handjes in je zij
Twee handjes op je hoofdje, allebei
Nu maken we twee vuisten, zo stevig als maar kan
Daar gaan we fijn mee trommelen, van je rommeldebommeldebom
Je duimen zijn de dikste, je pinkjes zijn maar klein
Nu moeten alle handjes op je ruggetje zijn
Kindje waar zijn je handjes gebleven?
'k Heb ze aan mijn ruggetje gegeven
Van je één, twee, drie!
(Daar zijn ze weer)
spelen met de handjes