Wanneer de boer zijn kermis houdt.
Dan wil de boer graag dansen,
Dan neemt ie een dikke buidel mee,
Om heel royaal te schransen.
En als de boer gaat dansen,
Dan danst ie met z'n wijf
Dan danst ie met een ander niet,
Dan danst ie met z'n eigen Griet;
Zo danst de boer, zo danst de boer !
Wanneer de boer ter kerke trekt,
Dan wil de boer graag rijen,
Dan draagt er z'n vrouw 'n gouden kap
En hij de hoge zijen
En als de boer gaat rijen …
Wanneer de boer in zorgen zit,
Dan wil de boer graag praten,
Dat weet ie toch in de regel niet,
Wat hij moet doen of laten.
En als de boer gaat praten …
Wanneer de boer ter bruiloft gaat,
Dan wil de boer graag zoenen,
Dan doet ie dat onder ’t eten door
Van stokvis en kapoenen.
En als de gaat zoenen,
Dan zoent ie……..niet z’n wijf,
Dan zoent ie liefst een andere Griet,
Dan zoent de boer de zijne niet,
Zo zoent de boer, zo zoent de boer !
H.W. van der Mey - M.J. Hofland / T. van de Bijl