Wij zingen een lied van de velden
Met het prachtige goud-gele graan
Wij zingen van de groene weiden
Waar duizenden van bloempjes staan
Wij zingen een lied van de velden
Met het prachtige goud-gele graan
Wij zingen een lied van de heide
Met de stralende blauwe boog
Wij dwalen door de heerlijke bossen
Bij ’t ruisen van de wind omhoog
Wij zingen een lied van de heide
Met de stralende blauwe boog
Wij zingen van zomerse nachten
En het licht van de zilveren maan
Wij houden van de avond der weiden
Als nevelen er zweven gaan
Wij zingen van zomerse nachten
En het licht van de zilveren maan
Wij zingen een lied van de duinen
Met daarachter de grote zee
Wij klimmen op de hoogste kruinen
Jong Nederland, wie doet niet mee?
Wij zingen een lied van de duinen
Met daarachter de grote zee!