Home

De herdertjes lagen bij nachte

 
De herdertjes lagen bij nachte
Zij lagen bij nacht in het veld
Zij hielden vol trouwe de wachte
Zij hadden hun schaapjes geteld
Daar hoorden zij d'engelen zingen
Hun liederen, vloeiend en klaar
De herders naar Bethlehem gingen
t' Liep tegen het nieuwe jaar

Toen zij er te Bethlehem kwamen
Daar schoten drie stralen dooreen:
Een straal van omhoog zij vernamen
Een straal uit het kribje beneën
Toen vlamd' er een straal uit hun ogen
En viel op het Kindeke teer
Zij stonden tot schreiens bewogen
En knielden bij Jezus neer

Maria die bloosde van weelde
Van ootmoed en lief'lijke vreugd
De goede Sint-Jozef hij streelde
Het kindje der menschen geneucht
De herders bevalen ter weiden
Hun schaapjes aan d'Engelenschaar
Wij kunnen van 't kribje niet scheiden
Wij wachten het nieuwe jaar

Ach, Kindje, ach, Kindje, dat heden
In 't need'rige stalletje kwaamt
Ach, laat ons Uw paden betreden
Want gij hebt de wereld beschaamd
Gij komt om de wereld te winnen
De machtigste vijand te slaan
De kracht Uwer liefde van binnen
Kan wereld noch hel weerstaan

Tekst en melodie uit: Oude en nieuwe kerstliedere, door Jos. en Lamb. Alberdingk Thijm, 1852