Eenzaam bloeit het laatste roosje
Al haar makkers zijn niet meer
Want die bloeien in de hemel
En zij eren God den Heer
’t Heerlijk zonlicht groet het roosje
Maar het mijmert droef te moe
En wil nu het zo alleen is
Ook maar naar de hemel toe
Vriend’lijk lacht het nijv’re bijtje
Kust haar mooie bloemenhart
Spreekt haar toe met lieve woordjes
Maar het roosje trilt van smart
En het zegt: Ziet om mij henen
Nergens bloeit een roosje meer
Heel mijn ziel is droef te moede
’t Leven heeft geen waarde meer”
Alle vogels zingen vrolijk
Vliegen pijlsnel langs de vliet
Maar het lieve rode roosje
Hoort hun jubeltonen niet
Haar kort leven is verstreken
En uit d’ eenzaamheid bevrijdt
Prijkt het naast haar kameraadjes
In de hemel, voor altijd