Home

Die vogelkens in der muiten

Die vogelkens in der muiten
Zij zingen haren tijd
Waar zal ik mij onthouden
Ik ben mijn liefken kwijt
Waar zal ik mij onthouden
En ik haar zo gaarne aanzie
Al spreek ik u, liefken zo zelden
Ik schenk u mijn herteken, is fier

Ik ging nog gister avond
Zo heimelijk eenen gank
Al voor mijn liefkens deure
Zij wist mij kleinen dank
Staat op mijn alderllefste
Staat op en laat mij in
Ik zweer u op al mijn trouwe:
Ik had nooit liever dan di

Schoon lief laat u gedenken
Dat ik eens die liefste was
En lag in uwen armen
Nu ben ik een onwaard gast
Al heb gij mij nu begeven
Nog draag ik een hubschen moed
Die liefde bloeit winter en zomer
Dat de koele mei niet doet

Tekst uit Antwerpsch liedboek, 1544
Melodie naar Gerard van Turnhout, 16de eeuw