Home

Wat voor vijand durft ons naken

Wat voor vijand durft ons naken
Vier gebroeders op een peerd
Ieder moet het vechten staken
Als wij spelen met ons zweerd
Wij en achten geene slagen
Geene scheuten in den strijd
Want ons harnas kan 't al dragen
Daar een ander zich voor mijdt

Wij en zijn van honderd mannen
wel gewapend, niet bevreesd
Als wij maar den toom ontspannen
Dan weert zich ons peerd het meest
Het kan loopen het kan springen
Het kan vliegen door het zand
Geenen mensch en kan het dwingen
Want 't heeft altijd d'overhand

Sa, Ros Beyaard, toont uw krachten
En spaart uwe beenen niet
Toont dat ieder hem moet wachten
Die uw sterke schoften ziet
Slaat van achter, slaat van voren
Recht u op, 't is ons bevel
Als wij steken met de sporen
Toont dat gij voor ons zijt snel

Wij en zullen niemand wijken
Wat voor vijand ons komt aan
Ieder moet zijn wapens strijken
Als wij met ons zweerden slaan
Onzen iever is te achten
Om 't geluk en onderstand
die wij zoeken en betrachten
Voor het Mechelsch vaderland

Mechels lied op de vier Heemskinderen