Geen dierder plek voor ons op aard,
Geen oord ter wereld meer ons waard,
Dan, waar beschermd door dijk en duin,
Ons toelacht veld en bos en tuin;
Waar steeds d'aloude Eendracht woont,
En welvaart noeste vlijt bekroont,
Waar klinkt des Leeuwen stem alom:
"Ik worstel moedig en ontkom!"
Het land dat fier zijn zonen prijst,
En ons met trots de namen wijst
Van Bestevaer en Joost de Moor,
Die blinken zullen d'eeuwen door;
Waarvan in de historieblaên
De Evertsen en Bankerts staan,
Dat immer hoog in ere houdt,
Den onverschrokken Naerebout.
Gij, Zeeland, zijt ons eigen land,
We dulden hier geen vreemde hand
Die over ons regeren zou,
Aan onze vrijheid zijn we trouw.
We hebben slechts één enk'le keus:
"Oranje en Zeeland!" da's de leus!
Zo blijven wij met hart en mond,
Met lijf en ziel: goed Zeeuws, goed rond.
D.A. Poldermans / J. Morks