Zonnige lente, droommelodij
Blauw zijn de luchten en groen is de wei
Dartel het veulen, blatend het lam
En uit het zuiden de ooievaar kwam
Zingt er een vogel hoog in de lucht
Klinkt door de bossen dat wonder gerucht
Knoppen gaan open neigen de maat
Waarop de merel het lentelied slaat
Waarop de merel het lentelied slaat
Iedere lente komt als een bruid
Juichend en stralend de winterslaap uit
Brengt in haar schoonheid ’t dromenland mee
Zoek zich een brui’gom, gelukkig tevreê
Hoog aan de hemel knipoogt de maan
Wijst ons de weg naar het dromenrijk aan
Alles vergeten wat ons benard:
Jong is de lente en jong is het hart
Jong is de lente en jong is het hart!
