home
A
Aan boord
Aan de hemel staan twee sterren
Aan d' oever van een snellen vliet
Aan de vliet
Aan den nacht
A, b, c, d, e, f, g
Acht kleine eendjes
Achter blonde duin
Achter op de grote wei
Adieu, rein bloemken rosiere
Advokaatje ging op reis
Afrikaans wiegeliedje
Ain boer wol noar zien noaber tou
Al die er zijn kosje
Alle eendjes zwemmen in het water
Allen die willen te kaap’ren varen
Al huilen stormen
Al is ons prinsje nog zo klein
Al onder de weg van Maldegem
Al tussen twee hoge bergen
Al van den drogen haring
Al wat de mens bejegent
Alle jaren weder
Alle man van Neerlands stam
Allemaal op het ijs
Alles blij, maakt de Mei
Alles in de wind
Alles is ijdel
Alles zwijgt thans
Als alle hoven bloesemen
Als d’herders hun schaapjes bewaakten
Als de boer wil dansen gaan
Als de kat van huis is
Als de rombom heeft geslagen
Als de winter nadert
Als een wolkenloze hemel
Als het kermis wordt
Als ik eens een vogeltje was
Als ik wat laat naar huis toe kom
Als in den vreemde
Als in Holland de sneeuwklokjes bloeien
Als in ons hart een lied weerklinkt
Als je ’s avonds in je bedje
Als je ziek bent of alleen
Als mijn vader met mijn moeder
Als op aarde daalt de nacht
Als 's morgens de zon
Als wij soldaten
Altijd is Kortjakje ziek
Altijd kerstmis
Ameide
Amsterdamse meisje
Anna stond te wachten
Anne Marie waar ga je naar toe
Arabine
Arie bom barie
Au, au, au, au, dokter komt u gauw
Avondliedje
Avondrust
Avondstilte
't Avond komt het feesten aan